Nederlands physicus (Nijmegen 12 Nov. 1880 - Utrecht 20 Mei 1941), werd in 1909 lector in de mathematische physica in Groningen en in 1915 professor in hetzelfde vak in Utrecht. In 1921 werd hij tevens directeur van het laboratorium en in 1925 verwisselde hij zijn leerstoel voor die in de experimentele physica.
Hij legde zich sedert toe op het meten van de intensiteit van spectraallijnen en deed zeer veel onderzoekingen in nauwe aansluiting aan de theoretische physica. Als Jood werd hij in 1940 ontslagen.Lit.: L. S. O., A Survey of his Work from 1908 to 1933 (Utrecht 1933); Ned. Tijdschr. voor Natuurkunde, 8 (1941), 253.