Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

Giuseppe FERRARI

betekenis & definitie

Italiaans historicus en wijsgeer (Milaan 7 Mrt 1812 - Rome 1 Juli 1876), ging in 1839 naar Frankrijk, waar hij in ’t volgende jaar hoogleraar in de letterkunde te Rochefort werd. Wegens zijn socialistische werkzaamheid moest hij dit ambt echter opgeven.

Hetzelfde herhaalde zich te Bourges, waar hij in 1848 een professoraat verkregen had. Toen hij in 1859 teruggekeerd was naar Italië, (waar hij tegenover Cavour het federalistische beginsel verdedigde), werd hij hoogleraar achtereenvolgens te Turijn en Milaan. Hij vertegenwoordigde een extreem positivisme, dat het bestaan van een bovennatuurlijke geloofswereld loochent. In aansluiting aan Vico werkte hij een positivistische geschiedenis-filosofie uit, die o.m. in de historie een voortdurende afwisseling van revolutie en reactie ziet.Bibl.: Uitgave van Vico’s werken (6 dln, Milano 1836-1837); Vico et l’Italië (Paris 1839); Essai sur le principe et les limites de la philosophie de l’histoire (Paris 1843); La filosofia della rivoluzione (1851); Histoire des révolutions d’Italie ou Guelfes et Gibellins (4 dln, Paris 1857-1858); Storia delle revoluzioni d’Italia (3 dln, Milano 1871-1873); Teoria dei periodi politici (1874).

Lit.: A. Mazzoleni, G. F. (Milano 1877); P. Nicoli, La mente de G. F., I (Pavia 1902); Le più belle pagine di G. F. (Milano 1927).

< >