Spaans theoloog (Dominicaan) en rechtsgeleerde (Vitoria? 1492 Salamanca 12 Aug. 1546), ontving zijn opvoeding te Burgos en te Parijs, waar hij in 1522 promoveerde. Teruggekeerd in zijn geboorteland, werd hij leraar aan het college te Valladolid.
Van 1526 tot zijn dood bezette hij de voornaamste leerstoel in de theologie aan de universiteit te Salamanca. Zelf heeft hij geen werken nagelaten, maar zijn colleges waren van zo bijzondere betekenis, dat zijn belangrijkste lessen, die hij aan zijn leerlingen had gedicteerd, in 1557 te Lyon werden uitgegeven onder de titel Relectiones theologicae. Twee daarvan, de Relectio de potestate civili en de Relectio de Indis et de jure belli, behandelden onderwerpen van internationaal recht. Daarin heeft hij uitdrukking gegeven aan voor die tijd geheel nieuwe opvattingen omtrent het volkenrecht.Gedurende lange tijd hebben zijn denkbeelden grote invloed op de wetenschappelijke beoefening van het volkenrecht uitgeoefend. Hij ziet voor het eerst het volkenrecht als een recht tussen staten, die op het natuurrecht en op een christelijke geest van liefde en mededogen gegrondveste plichten hebben. De tegenover hun onderdanen bestaande plicht tot bescherming brengt de plicht mede tot het bestraffen van degenen, eventueel ook vreemde staten die de onderdanen onrecht aandoen; maar het onnodige geweld van de oorlog laakt hij zeer en in het bijzonder eist hij het ontzien van hen, die aan de oorlog geen schuld hebben.
Bibl.: Relectiones theologicae (Lyon 1557) ; De Indis et de jure belli relectiones (New York 1917); Relecciones de Indios y del derecho de la guerra (Madrid 1928); Relectio de Indis (tekst en Nederlandse vertaling, Utrecht 1932) ; Relecciones teológicas (2 dln, Madrid 1933-1934); J. Baumel, Les leçons de Francisco de Vitoria sur les problèmes de la colonisation et de la guerre (Montpellier 1936); De Indis recenter inventis et de iure belli Hispanorum in barbaros relectiones... (Latein, Text nebst deutscher Übers, hrsg. v. Walter Schätze 1, Tübingen 195a).
Lit.: J. Barthélemy, Les fondateurs du droit international (Paris 1904); C. B. Trelles, Francisco de Vitoria et l’école moderne du droit international (Recueil des cours de lAc. de droit intern. de La Haye, dl 17, Paris 1928); J. B. Scott, The Spanish Origin of International Law.
I. Fr. de V. and his Law of Nations (Oxford - London 1934); F. Puig Pena, La influencia de F. de V. en la obra de Hugo Grocio (Madrid 1934) ; A. H. Böhm, Het recht van kolonisatie. Fr. de V.’s lessen over het recht tot koloniseren in verband met de Spaanse kolonisatie, het optreden der pausen en het internationale recht (Utrecht 1936); R.
Hentschel, Fr. de V. u. seine Stellung im Übergang v. mittelalterl. zum neuzeitl. Völkerrecht (Ztschr. für öffentl. Recht, XVII, Wien 1937); F. de V. et Suarez: Contribution des théologiens au droit international moderne (Paris 1939); V. Beltrân de Heridia, Fr. de V. (Barcelona 1939); Idem, En qué ano naciô Fr. de V. Un documento revolucionario (Anuario de la Asoc. Fr. de V., 943_1945, vol.
VI); B. de San José, El dominico burgalés P. Mtr. Fray Fr. de V. y Compludo (Burgos 1946); C. A. Salinas Baldivieso, El padre V. y el derecho internacional (Sucre, Bolivia, 1948) ; A. de La Pradelle, Maîtres et doctrines du droit des gens (Paris 1950) ; Dictionnaire de théologie catholique, XV, 2 (Paris 1950).