Hongaars dichter, eigenlijk Kremser (Acsad, comitaat Eisenburg, 12 Nov. 1842 - Boedapest 8 Febr. 1929). Zijn blijspel Aesopus (1866) vond zoveel bijval, dat hij aan het hoofd van de Jong-Hongaarse schrijvers kwam te staan.
Hij schreef een aantal werken voor het toneel, verder romans, vertellingen, critieken, staatkundige geschriften enz. Van 1875-1881 was hij directeur van de volksschouwburg te Boedapest, daarna stichtte hij het dagblad Budapesti Hirlap. In 1892 werd hij lid van de Hongaarse Academie, in 1902 werd hij voor levenslang benoemd tot lid van het Huis der Magnaten.
