Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Cornelis KILIAAN

betekenis & definitie

of Kilianus, eigenlijk (van) Kiel, Vlaams taalgeleerde (Duffel 1528/ 1529 - Antwerpen 15 Apr. 1607), studeerde te Leuven en kwam in 1558 als corrector aan de drukkerij van Plantijn. Hij schreef Latijnse gedichten en vertaalde enige werken uit het Latijn, Frans en Italiaans, maar is vooral bekend door zijn Dictionarium teutonico-latinum (Antverpiae 1574), een Ned.-Lat. woordenboek, dat herhaaldelijk herdrukt is en sedert de zeer vermeerderde 3de uitgave (1599) de naam draagt van Etymologicum teutonicae linguae (laatste uitg. d.

G. v. Hasselt, 2 dln, Trajecti Bat. 1777). Hij gaf daarin allereerst een beschrijving van de woordenschat van zijn eigen, Brabantse taal, maar vermeldde ook vele toen al verouderde woorden, evenals woorden uit andere gewesten, die als Vlaams, Hollands, Fries, Saksisch, Sicambrisch (d.i. Benedenrijns, Kleefs) of plaatselijk gekarakteriseerd worden. Daardoor is zijn werk een van onze beste bronnen van de i6de-eeuwse taal. Op dit werk is gebaseerd een Lat.-Ned. woordenboek Synonymia latino-teutonica, met inl. uitg. d. E. Spanoghe (3 dln, 1889-1902).Bibl.: Latijnse gedichten. Uitg. met een levensber. d. M. Rooses (Antwerpen 1880). Vert.: Ph. v. Commines, Historie van Coninck Ludovick van Vranckrijck den elfsten (Antwerpen 1578); L. Guicciardini, Beschryvinghe van alle de Nederlanden (Amsterdam 1612, herdr.: Belgium dat is Ned., ald. 1648).

Lit.: A. Kluyver, Proeve eener critiek op het woordenboek van K., diss. (1884).

< >