of versmelting heet in de taalkunde het verschijnsel dat twee woorden of uitdrukkingen die dezelfde of ongeveer dezelfde betekenis hebben, met elkaar worden versmolten, zodat een deel van het ene woord met een deel van het andere, een nieuw woord, m.m. een nieuwe uitdrukking, vormt. De contaminatie ontstaat doordat in de geest van de taalgebruiker de beide woorden of uitdrukkingen die hij zou kunnen gebruiken, onmiddellijk na elkaar worden gewekt en vervolgens samengesmolten.
In een geval als optelefoneren is hem eerst opbellen voor de geest gekomen, maar voordat het woord verder dan op voltooid was, heeft het synonieme telefoneren de rest verdrongen. In: ,,hij behoort tot een van die mensen, die ...” heeft men contaminatie van de synonieme uitdrukkingen: „Hij behoort tot die mensen” en „hij is een van die mensen”. Contaminatie is altijd onjuist. Toch worden veel voorkomende gevallen van tijd tot tijd in de algemene omgangstaal opgenomen; ze zijn dan niet meer direct te doorzien en worden niet meer als fout gevoeld.
Bijv.: helemaal uit heel en al + allemaal-, iets op het oog hebben uit iets in het oog hebben -f- het oog op iets hebben (beide = zien). Contaminatie voltrekt zich niet altijd automatisch. In gevallen als verexcuseren (uit verontschuldigen + excuseren), becritiseren (uit beoordelen + critiseren) is ook volksetymologie in het spel (betekenisverduidelijking van vreemde woorden met behulp van een bekend element). In een geval als doorforceren (uit doordrijven + forceren) zal ook de drang tot uitdrukking van de perfectieve functie van het werkwoord in kwestie oorzaak van de contaminatie zijn geweest. Opzettelijke contaminaties, ter wille van de klanksymboliek, treft men aan in literaire taal, bijv.: „Als hij de hitte tussen ’t gras voelt dwalmen” (uit dwalen + walmen) bij Perk.DR B. VAN DEN BERG
Lit.: H. Paul, Prinzipien d. Sprachgesch. (1920), blz. 110 vlg.; G. S.
Overdiep, Stilistische Grammatica v. h. moderne Nederl. U937)J blz. 189 vlg.; W. de Vries, Iets over woordvorming, I (1920), blz. 27 vlg. (Verh. progr. gymn. Groningen); R. Meringer en K.
Mayer, Versprechen und Verlesen, Eine psycholinguistische Studie (1895); A. Verschuur, Verschrijvingen (Onze Taaltuin, 1935/36, blz. 46 vlg.).