heet de bijeenkomst (1754) van de vertegenwoordigers van zeven Britse koloniën (Massachusetts, New Hampshire, Connecticut, Rhode Island, New York, Pennsylvanië, Maryland), door de Britse regering samengeroepen met het doel, maatregelen te treffen in verband met de met Frankrijk dreigende oorlog. Nopens dit laatste werd zeer weinig bereikt, doch het verlevendigde het gevoel van saamhorigheid onder de kolonisten.
Franklin, die erbij aanwezig was, stelde voor, een staatkundige unie te stichten met een gemeenschappelijken voorzitter (die door de kroon zou worden aangesteld) en één vertegenwoordigende vergadering. Het voorstel werd verworpen èn door de kroon èn door de kolonisten, omdat de eerste er een overdreven machtsuitbreiding in zag van de kolonisten en de laatsten het voor de kroon te gunstig achtten.
