landschap en stad in de provincie Bihar van het Brits-Indische rijk, maken thans deel uit van het dominion India. Bhagalpoer was oudtijds een deel van het vorstendom Anga; vervolgens was het geïncorporeerd in het machtige Hindoerijk van Bihar.
In de 7de eeuw na Chr. is het een zelfstandige staat, maar het verliest deze zelfstandigheid en maakt dan achtereenvolgens deel uit van het Mohammedaanse rijk van Gaoer en het Dehli-keizerrijk (Akbar). In 1765 komt het aan de Engelse O.-I. Compagnie.Het gebied wordt door de Ganges in twee delen gescheiden. Het zuidelijk gedeelte is deels bergachtig deels laagland. Het bergland is rijk aan natuurschoon en zwaar bebost. De lagere gronden (Bhag) zijn zeer vruchtbaar en worden goed bebouwd, dank zij een uitstekend irrigatiesysteem.
De oorspronkelijke bewoners, de Nats en de Santals, die door de Ariërs naar de onherbergzame gebieden waren teruggedrongen, bezorgden indertijd de Engelsen veel last door hun voortdurende invallen in de vlakte. Ten slotte is echter, dank zij het optreden van Cleveland, dit gebied gepacificeerd. De tegenwoordige bewoners zijn voor het overgrote deel Hindoes.
H. A. BOMER
