Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 05-01-2022

Barthold van bassen

betekenis & definitie

Nederlands architect en bekwaam architectuurschilder (Antwerpen ca *59° ~ ’s-Gravenhage 28 Nov. 1652), kwam in 1613 als vreemdeling voor in het St Lucasgilde te Delft, werd in 1622 lid van het gilde te ’s-Gravenhage en werd later deken en (1638) stadsbouwmeester in deze stad. Als schilder geeft hij vooral voorstellingen van gefantaseerde kerken en zalen; soms beeldt hij uit hoe een bestaand plan uitgevoerd zou kunnen worden (schilderij met het Spui en de Noorderkerk te ’s-Gravenhage, GemeenteMuseum aldaar).

Als architect werkte hij mee aan de bouw van de paleizen van Frederik Hendrik: Honselaarsdijk en Ter Nieuwburg en bouwde in I63°/’3I te Rhenen het in 1812 gesloopte paleis voor den Winterkoning (Frederik V van Bohemen).Lit.: H. E. van Gelder, Iets over Barth. v. B., Buil. Oudheidk. Bond ign.

< >