Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Alexander (von) KLUCK

betekenis & definitie

Duits veldheer (Munster, in Westfalen, 20 Mei 1846 - Berlijn ig Oct. 1934), maakte als vaandrig de oorlog van 1866 en als luitenant die van 1870-1871 mee, waarin hij het ijzeren kruis verwierf. Hij bracht zijn gehele diensttijd in de troependienst door zonder de Kriegsakademie te hebben gevolgd of bij de generale staf te hebben gediend.

In 1906 werd hij commanderend generaal van een legerkorps en, in 1913, met rang van generaal der infanterie, generaal-inspecteur in de 8ste inspectie. In 1914 commandeerde hij het iste leger en wist hij in Aug. door te stoten tot hij onder de rook van Parijs stond. Toen begon hij, bij het ontbreken van een doelbewuste hogere leiding, zijn eigen strategie te voeren; hij zwenkte langs Parijs en wenste door een snelle beweging in Z.O. richting over de Marne de vijandelijke vleugel te omvatten. Toen daarop Galliéni het leger van Manoury in beweging zette, wist hij onmiddellijk keert te maken, marcheerde voor het front der aarzelende Engelsen naar de Ourcq en sloeg hard van zich af. Daarna betrok hij de aangewezen stelling achter de Aisne; door een granaatscherf gewond, legde hij het commando, voorgoed, neer. In Oct. 1916 werd hij gepensionneerd.Bibl.: Der Marsch auf Paris (1920, 2de dr. 1926); Wanderjahre, Kriege, Gestalten (1929).

< >