Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Teutem

betekenis & definitie

Teutem (Frederik van), een Nederlandsch letterkundige, geboren te Rotterdam in 1774, werd in 1794 Remonstrantsch predikant te Dokkum, in 1798 te Gouda en in 1804 te Utrecht, nam in 1816 ook de dienst waar te Amersfoort, werd in 1844 emeritus, vertrok toen naar Gelderland, en overleed den 17den Januarij 1848. Van zijne geschriften noemen wij: „Redevoering ter gelegenheid van het plechtig nationaal feest, gehouden 19 December 1799, het 5de jaar der Bataafsche vrijheid”, — „Over de oorzaken van het verval in den openbaren eeredienst en de middelen van deszelfs herstel (eene prijsverhandeling, 1797)”, — „Bijbelsche tafereelen (1802—1805, 2 dln)”, — „’s Menschen bestemming en pligt enz. (1817)”, — en „Leerredenen enz. (1821)”. Te Gouda was hij eenigen tijd rector der Latijnsche school, — voorts was hij honorair lid van Félix Meritis, lid van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap en van de Maatschappij van Nederlandsche Letterkunde, alsmede correspondent van de Tweede klasse van het Koninklijk Nederlandsch Instituut.

< >