Santa-Anna (Antonio Lopez de), ook wel Santana geheeten, president en dictator van Mexico, geboren te Jalapa den lOden Junij 1797, diende in 1821 als kolonel onder Iturbide, maar stond na de troonsbeklimming van dezen tegen hem op en droeg veel bij tot zijn val. Nadat hij voorts onderscheidene jaren ambteloos had doorgebragt, werd hij in 1829 onder den president Guerrero tot minister van Oorlog en opperbevelhebber van het leger benoemd. In 1832 kwam hij te Veracruz aan het hoofd van de bezetting in opstand tegen Bustamente. Nadat hij den lsten October bij Puébla eene overwinning behaald had, riep hij Pédrazza uit tot president en werd in Maart 1833 diens opvolger.
Hij droeg wel is waar eerlang het voorzitterschap op aan den vice-president Farias, maar kwam in 1834 tegen hem in verzet, maakte zich meester van de dictatuur en deed in October 1845 eene zeer centralistische constitutie afkondigen. Gedurende een veldtogt tegen de afvallige provincie Texas viel hij den 21sten April 1836 in handen zijner vijanden. Toen hij voorts in Februarij 1837 over Washington naar Veracruz terugkeerde, hadden zijne vijanden zich in het bezit gesteld van de heerschappij, doch nadat hij in 1838 bij de verdediging van Veracruz een been verloren had, verwierf hij in 1841 weder de onbeperkte dictatuur. In 1844 echter verwekte zijne verregaande dwingelandij een opstand in het zuiden des lands, en toen de hoofdstad partij koos voor deze beweging, nam Santa-Anna, door zijne krijgsbenden verlaten, vermomd de vlugt, maar werd door de Indianen gegrepen en naar Perote gebragt. Het Congrès bragt een zestal beschuldigingen tegen hem in, waaronder die van hoogverraad, verduistering van gelden en misbruik van gezag, en veroordeelde hem tot levenslange ballingschap en tot verbeurdverklaring van zijn aanzienlijk vermogen. Santa-Anna begaf zich naar Cuba, maar reeds in 1846 werd hij door zijne partij teruggeroepen, door het Voorloopig Bewind tot generalissimus benoemd en, hoewel den 22sten en 23sten Februarij 1847 bij Buénavista door de NoordAmerikanen onder generaal Taylor geslagen, tot president gekozen.
Toen den 18denn April van laatstgenoemd jaar generaal Scott hem bij Cerro Gordo nogmaals eene nederlaag had toegebragt, deed hij zich ter beteugeling der voorstanders van den vrede tot dictator benoemen. Nadat generaal Scott de hoofdstad Mexico den 15den September 1847 ingenomen had, nam Santa-Anna de wijk naar Jamaica, doch de toenemende regéringloosheid in Mexico gaf aanleiding, dat hij in 1853 teruggeroepen werd, en nadat hij de rust hersteld had, verklaarde hij zich president der Republiek voor levenslang. Doch deze eerste stap tot herstelling der monarchie prikkelde de voorstanders der republiek tot verzet, en het kwam in Augustus 1855 tot eene uitbarsting, die zijn val berokkende. Daarop toefde Santa-Anna eerst in Venezuéla en vervolgens op St. Thomas. Hij erkende het keizerschap van Maximiliaan, zoodat hij naar Mexico teruggeroepen en tot Keizerlijk rijksmaarschalk benoemd, werd. In het voorjaar van 1865 verscheen hij dan ook te Veracruz, om zich naar de hoofdstad te begeven, maar hij werd kort daarna door de Franschen, die geen vertrouwen in hem stelden, uit het land verbannen. Gedurende de laatste dagen van het Keizerrijk, in Mei 1867, kwam hij wederom te Veracruz met het doel, de aldaar aanwezige troepen des Keizers en de republikeinsche bezetting te Tampico voor zijne zaak te winnen, meenende dat alsdan het geheele leger zijne zijde zou kiezen. Daar hij echter te Veracruz voorgaf, dat hij in naam van de regering der Vereenigde Staten handelde, werd hij door den kapitein van een aldaar voor anker liggend Amerikaansch oorlogschip gevangen genomen en genoodzaakt, zich naar Havana te begeven. Santa-Anna evenwel reisde naar de havenstad Sisal in den Staat Yucatan , waar de republikeinsche bevelhebber hem in hechtenis nam en aan Juarez uitleverde. Deze deed hem naar Campêche en later naar het fort San-Juan d’Ulloa brengen, en stelde hem vervolgens zonder onderzoek op vrije voeten. In December 1867 verwekte nu Santa-Anna een opstand tegen Juarez, welke lang duurde, maar ten laatste door Porfirio Diaz gedempt werd. Ook aan meer dan een opstand in lateren tijd tegen Juarez nam hij deel, en overleed den 20sten Junij 1876.