Perdiccas is in de eerste plaats de naam van eenige Koningen van Macedonië. Perdiccas I, een Heraclide en een nakomeling van Temenos, stichtte omstreeks het jaar 750 vóór Chr. het Macedonische rijk. — Perdiccas II, een zoon van Alexander I, dien hij in 454 vóór Chr. met zijne broeders Alectas en Philippus en in 436 alleen opvolgde, onderscheidde zich door eene sluwe staatkunde. In den beginne was hij een bondgenoot van Athene, maar om de magt van Athene te knakken, vervoerde bij in den Peloponnesischen oorlog Potidaea en de overige Chalcidische steden tot afvalligheid, en lokte tot hare ondersteuning een Spartaansch leger onder Brasidas naar het noorden. Hij overleed in 413. — Perdiccas III, de tweede zoon van Amyntas, regeerde van 365—160, nadat hij zijn voogd, den rijksbestuurder Ptolomaeus, de heerschappij ontrukt had, maar sneuvelde in een veldslag tegen de Illyriërs.
Perdiccas is in de tweede plaats de naam van een vertrouwden vriend en veldheer van Alexander de Groote, aan wien deze bij het sterven zijn vorstelijken zegelring ter hand stelde. Hij werd door de verzamelde veldheeren in 323 benoemd tot voogd over den nog niet geboren zoon van Alexander en Roxane en tevens tot bestuurder des rijks. Nu verwijderde hij de aanzienlijken, wier naijver hem bedreigde, door hen met groote landvoogdgen te begiftigen, en bleef zelf te Babylon bij Arrhidaeus en Roxane. Toen Antígonus niet gehoorzaamde aan zijn bevel, om Eúmenes ter verovering van Paphlagonië en Cappadocië bij te staan, trok hij in 322 vóór Chr. tegen hem op en bragt hem de nederlaag toe. Antígonus nam nu de wijk naar Antípater in Macedonië en haalde dezen over tot een togt naar Azië, ten einde onder medewerking van Ptolomaeus van Egypte het gezag van Perdiccas te vernietigen. Deze laatste trok nu in 321 te velde tegen Egypte, maar wekte door zijne verregaande gestrengheid het ongenoegen van zijne krijgsknechten. Toen hij in de delta van de Nijl was aangekomen en de overtogt over die rivier bij Memphis mislukte, terwijl er allengs gebrek in het leger begon te heerschen, zeiden zijne soldaten hem de gehoorzaamheid op en bragten hem in zijne tent om het leven.