Lijnwaadboom (Lagetta Lam.), ook kantenboom en lintboom genaamd, is een plantengeslacht uit de familie der Thymeleae. Het draagt tweeslachtige of tweehuizige bloemen Het bloemdek is gekleurd, buis-kruikvormig en heeft een 4-spletigen zoom met eene behaarde keel. In de bloembuis vindt men in 2 rijen 8 meeldraden. Het vruchtbeginsel is één-hokkig en de stamper draagt een verdikten, eenigzins 2-lobbigen stempel.
De steenvrucht blijft met het besachtig bloemdek bekleed en heeft 1 tot 3 kernen. De gewone lijnwaadboom (L. lintearia Lam.) groeit vooral op Jamaica en van zijn bast kan men de keurigste geweven stoffen vervaardigen. De dames op Jamaica bezigen dien zelfs tot het werken van kant, terwijl men er te voren ook zweepen voor slaven van maakte. Men ziet in bijgaande figuur in a een tak op ½ der natuurlijke grootte, in b eene doorgesnedene bloem, 2½ maal vergroot, in c eene doorgesneden vrucht in dubbele grootte, en in d eene verkleinde slavenzweep.
