Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Lanjuinais

betekenis & definitie

Lanjuinais. Onder dezen naam vermelden wij:

Jean Denis, graaf Lanjuinais, een Fransch staatsman, geboren te Rennes den 12den Maart 1753. Vóór de uitbarsting der Omwenteling was hij hoogleeraar in het kerkelijk regt in zijne geboorteplaats en zag zich in 1789 door de kiesbevoegden van zijn district afgevaardigd naar de Staten-Generaal, alwaar hij zich een ijverig voorstander betoonde van staatkundige hervormingen. Later werd hij te Rennes hoogleeraar in het constitutioneel regt enz. Vervolgens tot lid der Conventie benoemd, streed hij met de Girondijnen tegen de anarchie en het drijven der Jacobijnen. Bij het proces van Lodewijk XVI stemde hij vóór de verbanning des Konings en verlangde, dat de veroordeeling door 2/3de der stemmen zou bekrachtigd worden. Ook op hem was het decreet van Couthon van toepassing, waardoor aan de Girondijnen huisarrest werd opgelegd, doch hij vond gelegenheid om naar Rennes te ontsnappen. Na den val van het Schrikbewind keerde Lanjuinais terug naar de Conventie, en toen het Directoire tot stand kwam, zag hij zich door 73 departementen tegelijk in den Senaat gekozen. Na den 18den Brumaire werd hij lid van het Wetgevend Ligchaam en den 22sten Maart 1800 lid van den Senaat, alwaar hij aan het hoofd stond van eene zwakke oppositie, die de willekeur van Bonaparte bestreed.

Niettemin verhief Napoleon hem bij de stichting van het Keizerrijk tot graaf. Den 1sten April 1814 stemde Lanjuinais in den Senaat vóór de afzetting des Keizers en de benoeming van een voorloopig bewind. Gedurende de eerste Restauratie benoemde Lodewijk XVIII hem tot pair, en als zoodanig verzette hij zich met kracht tegen de bedoelingen der ultra-royalisten. De vergadering benoemde hem tot haren voorzitter, en tijdens de Honderd Dagen bekrachtigde Napoleon deze keus. Bij de tweede Restauratie nam hij er desgelijks zitting en verdedigde de constitutionéle regten tegen de reactie en het fanatismus.

Hij overleed den 13den Januari 1827. Sedert 1808 was hij lid van het Instituut. Hij bezat eene uitgebreide kennis van de letterkunde, inzonderheid van die der Oostersche talen. Van zijne geschritten noemen wij: „Appréciation du projet relatif aux trois concordats (1817)”, terwijl hij tevens eene nieuwe uitgave bezorgde van de: „Histoire naturelle de la parole” van Court de Gébelin (1816), — wijders: „Constitutions de la nation française, précédées d’un essai historique et politique sur la charte (1819, 2 dln)” — en „De l’organisation municipale en France (1821)”, — Zijn oudste zoon Paul Eugène, graaf Lanjuinais, geboren te Rennes' den 6den April 1789, volgde hem in 1827 op als pair, maar keerde in 1848 tot het ambteloos leven terug.

Victor Ambroise, vicomte Lanjuinais, tweede zoon van Jean Denis, geboren den 5den November 1802. Hij studeerde in de regten en was geruimen tijd werkzaam als advocaat. Van 1837 tot 1848 was hij lid van de Kamer van Gedeputeerden, waar hij tot de linker zijde behoorde. In 1848 werd hij door het departement Loire Inférieure benoemd tot afgevaardigde naar de Constituante en later door het departement der Seine naar de Wetgevende Vergadering. Den 2den Junÿ 1849 belastte hij zich met de portefeuille van Landbouw en Handel en daarna tijdelijk, in de plaats van Falloux, met die van Openbaar Onderwijs. Als aanhanger van den parlementairen regéringsvorm legde hij evenwel kort daarna met Odilon Sarrot zijne betrekking neder, en voegde zich in het Wetgevend Ligchaam bij de Republikeinsche minderheid. Bij den staatsstreek van 2 December 1851 werd hij met anderen in hechtenis genomen en naar Vincennes gebragt. Eerst in 1863 werd hij door het departement Loire Inférieure weder naar het Wetgevend Ligchaam afgevaardigd, alwaar hij tot de oppositie behoorde ; hij vormde echter in 1864 met Ollivier en Darimont eene Keizersgezinde linker zijde, en overleed te Parijs den lsten Januarÿ 1869.

< >