Hochstädt, eene stad in het Beijersche district Zwaben, aan de Donau, is vermaard in den Spaanschen Successie-Oorlog door het gevecht van 20 September 1703, alsmede door den slag van 13 Augustus 1704, door de Engelschen dien bij Blenheim genaamd. Reeds op eerstgemelden datum had de Keurvorst van Beijeren, die zich met Frankrijk tegen den Keizer en zijne bondgenooten vereenigd had, bij Hochstädt den Keizerlijken generaal van Styrum geslagen en de vesting Passau veroverd. In 1704 vereenigde zich tegen het einde van Junij het leger van Marlborough, die met een stouten marsch uit de Nederlanden oprukte, met dat van Eugenius tot eene magt van 52000 man. Eene Fransche armée onder Tallard was over de Rijn getrokken; de Keurvorst van Beijeren had zich met zijne manschap bij hem gevoegd, en zamen, thans 56000 man sterk, waren zij over de Donau getrokken en hadden zich vóór Hochstädt tusschen Blindheim aan de Donau en Lutzingen geplaatst.
Hier werden zij onverwachts den 13den Augustus aangetast. De Verbondene Mogendheden rukten in 9 kolonnes voorwaarts, de Engelschen op den linker en de Duitschers op den regter vleugel. Zij trokken over de Nebelbach, welke de positie der vijanden dekte, en Marlborough had het inzonderheid op Blindheim gemunt, — aanvankelijk zonder gevolg, terwijl ook de regter vleugel geene vorderingen maakte. In het midden, waar de vijand nagenoeg geen kavallerie had, begon hij te wankelen, waarna Marlborough al zijn paardevolk over de beek deed rukken en met 100 eskadrons de slagorde zijner tegenstanders verbrak. Zoodoende was de linker vleugel onder Marsin en den Keurvorst van Beijeren genoodzaakt naar Hochstädt terug te trekken, terwijl de regter vleugel, in Blindheim afgesneden en omsingeld, met 24 bataillons en 12 eskadrons de wapens moest nederleggen. Het verlies van het Fransch-Beijersche leger bedroeg 6000 dooden, 8000 gewonden, 15000 gevangenen, waaronder zich de maarschalk Tallard bevond, 221 kanonnen en 5300 wagens, waaronder men er 34 met dames telde. De gevolgen van dezen slag waren beslissend voor den geheelen veldtogt.
