Eschscholtz (Johann Friedrich), een uitstekend Duitsch natuurkundige, werd geboren te Dorpat den 1sten November 1793, studeerde aldaar en volbragt met Otto von Kotzebue (1815—1818, 1822—1826) belangrijke ontdekkingsreizen. Met Chamisso verzamelde hij eene groote menigte planten en dieren, en werd bp zijn terugkeer benoemd tot hoogleeraar in de geneeskunde en directeur van het Zoölogisch Kabinet te Dorpat, alwaar hij den 19den Mei 1831 overleed. Zijne nasporingen zijn geboekt in het 2de en 3de deel der Entdeckungsreise in die Sudsee u. s. w. (1821)”.
Ook gaf hij een overzigt van zijne dierkundige verzameling, 2400 soorten bevattend, in Koizebue's „Neue Reise um die Welt (1830)”, — en schreef daarenboven: „ïdeen zur Aneinanderreihung der rückgratigen Thiere (1819)”, — „Entomographien (1823)”, — „System der Akalephen (1829)”, —en gaf ook een „Zoologische Atlas (1829—1833)” uit. Naar hem genoemd is Eschscholtzia.