Eigenlijk Halmaheira, een der Moluksche eilanden in den Indischen Archipel, bezit eene oppervlakte van 313 geogr. mijlen, heeft eene dergelijke gedaante als Celébes en onderscheidt zich door een vulkanischen bodem.
Aan de westkust verheft zich de vuurspuwende berg Kanora, een brandpunt van vreeselijke aardbevingen. Het plantenen dierenrijk vertoont er den onuitputtelijken rijkdom der keerkringslanden. Aan de kust zijn Maleijers gevestigd, en in het weinig bekende binnenland vindt men Alfoeren. Een gedeelte van het eiland — het noordelijk schiereiland en het vlek Bitjoli aan de oostkust en 23000 zielen — is onderworpen aan den Sultan van Ternate, het overige aan dien van Tidore, en in de stad Dsjilolo aan de westkust verheft zich een Nederlandsch fortje met eene kleine bezetting. De geheele bevolking bedraagt nog geen 30000 zielen. Dit eiland behoort tot de Nederlandsche residentie Ternate.