Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 04-07-2018

Christus-beelden

betekenis & definitie

Christus-beelden of geschilderde voorstellingen van Jezus zoekt men in den eersten tijd na den aanvang onzer jaartelling te vergeefs wegens de afkeerigheid der Christenen van alle beelden. Later werd hij veelal voorgesteld in de gedaante van den „Goeden Herder, het verloren schaap naar huis dragende”, — somtijds als een jongeling van ideale schoonheid, op den Apollo der Grieken gelijkende, en somtijds ook als een man van middelbaren leeftijd.

Vermoedelijk werden in den tijd van Constantijn reeds historie-stukken vervaardigd, waarop Christus als hoofdpersoon was geplaatst, en sedert de 4de eeuw vindt men door de middeleeuwen heen een bepaald portret van Christus. Volgens de sage bevond zich een afdruk van zijn gelaat in een doek, die in het bezit was van koning Abgar van Edessa, alsmede in een zweetdoek van de heilige Verónica, terwijl zij tevens gewag maakt van eene afbeelding, door Lucas vervaardigd. Tot de oudste afbeeldingen behoort die, welke Alexander Severus in 230 in zijn paleis bezat, terwijl men uit een mozaïek van de 3de eeuw in het Muséo Vaticano kan zien, hoe de Heidenen zich Christus voorstelden.

Volgens een blijkbaar onechten brief, door Lentulus, den voorganger van Pilatus, tot den Romeinschen Senaat gerigt, bezat Christus eene schoone mannelijke gestalte en een edel gelaat. Zoodanig is ook de beschrijving, in de 8ste eeuw door Johannes Damascenus, volgens zijne verzekering naar oude schrijvers, gegeven. Volgens hem had Christus eene rijzige gestalte, zaâmgegroeide wenkbraauwen, schoone oogen, een regelmatigen neus, golvend haar, een zwarten baard en eene bleek-gele gelaatskleur, evenals zijne Moeder. Tot de oudste afbeeldingen rekent men voorts 2 geschilderde borstbeelden in de catacomben te Rome; Christus wordt hier voorgesteld met een ovaal gelaat, een regten neus, gewelfde wenkbraauwen en een hoog voorhoofd.

De uitdrukking van het gelaat is ernstig en zacht, het haar op het voorhoofd gescheiden en in lokken op de schouders afdalend, de baard niet zwaar, maar kort en gespleten. Aan dezen algemeenen vorm hebben de Nieuw-Grieksche en Italiaansche schilders tot aan Michele Angelo zich gehouden. Tot de schoonste behoort voorzeker het Christusbeeld van Rafaël in de „Graflegging”. Heerlijk zijn ook de Christus-beelden van Titiaan en van Ludovico Carracci. Allengs zijn de afbeeldingen van Christus idealen geworden van menschelijke waardigheid, zedelijke grootheid en verhevene godsdienstigheid, en daarvan noemen wij uit den nieuweren tijd den „Christus consolator” en den „Christus remunerator” van onzen Ary Scheffer.

< >