Een Duitsch schrijver, werd geboren te Elmshorn in Holstein op den 17den October 1795. Hij bezocht het gymnasium te Altona, studeerde te Jena en te Kiel in de theologie en in de Oostersche talen en werd predikant op de armoedige hallig Nordstrandischmoor bij het eiland Nordstrand aan de westkust van Sleeswijk.
Nadat hij hier de vreeselijke overstrooming van Februarij 1825 had bijgewoond, werd hij beroepen naar Friedrichsstadt, waar hij den 11den Mei 1840 overleed. Hij wordt geroemd als een man, die met zelfopofferende liefde zijn herderlijk ambt bekleedde. Van zijne bevallig geschrevene gedichten en novellen zijn sommige ook in het Nederlandsch vertaald. Zijne gezamenlijke geschriften werden na zijn dood in 8 deelen te Altona uitgegeven.