Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Barrière-tractaat

betekenis & definitie

Barrière-tractaat (Het), of het Verdrag ter beveiliging der grenzen, werd gesloten door de Republiek der Vereenigde Nederlan­den met Engeland en Keizer Karel VI te­gen Frankrijk te ’s Hage op den 29sten Januarij 1713. Het schonk aan onze Republiek het regt om eenige grensvestingen te bezet­ten in de Spaansche Nederlanden, welke on­der deze voorwaarde aan Oostenrijk werden afgestaan. Daarenboven zou Engeland het be­staan dezer Barrière waarborgen.

Het tractaat werd bevestigd te Antwerpen op den 15den November 1715. De bedoelde vestingen waren Namen, Doornik, Meenen, Furnes, Charleroi, Yperen en fort Knocke, terwijl in Roermond en Dendermonde eene gemengde Nederlandsche en Oostenrijksche bezetting zou worden gelegd. Deze plaatsen noemde men de nieuwe barrière-vestingen, om ze te onderscheiden van de oude, die bij den Vrede van Munster aan de Republiek waren afgestaan, namelijk Bergen-op-Zoom, ’s Hertogenbosch, Breda, Grave en Maas­tricht.

Tot onderhoud der nieuwe barrière-vestingen werd door den Keizer eene jaarlijksche som aangewezen van omstreeks een half millioen thaler. Daar echter de wijze van onderhoud, het aantal troepen en de Vlaamsche grenzen niet naauwkeurig bepaald waren , ontstonden er weldra oneenigheden tusschen Oostenrijk en de Republiek, welke zelfs door de nadere overeenkomst van 22 December 1718 niet werden bijgelegd, en eerst ophielden, toen Josef II in 1781 het barrière-tractaat eigenmagtig ophief en de vestingen deed afbreken. De Staten-Generaal, in die dagen gewikkeld in den Engelsch-Amerikaanschen oorlog, hadden de handen vol en zagen zich genood­zaakt de barrière-plaatsen te ontruimen. Bij den tweeden Vrede van Parijs (1815) werd besloten, die vestingen te herstellen, en la­ter kwamen zij in het bezit van het koning­rijk België, dat er sedert vele van sloopte.

< >