Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 11-01-2018

Anthropolieten

betekenis & definitie

Anthropolieten zou letterlijk door menschensteenen vertaald moeten worden. Men geeft dien naam aan fossiele overblijfselen van menschen. Wat men echter voorheen als voorwereldlijke menschenbeenderen beschouwde, is in den regel noch van menschen afkomstig, noch behoort tot het menschengeslacht van het tegenwoordige tijdperk, en is doorgaans teregt met den naam van pseudo-antkropolieten bestempeld.

Voordat de ontleedkunde er een voldoend licht over verspreidde, heeft men vele beenderen van dieren als menschenbeenderen beschouwd. Een geraamte, in den kalksteen van Oeningen ontdekt, werd door Scheuchzer gehouden voor het overblijfsel van een voorwereldlijk mensch en om die reden homo, diluvii testis, een getuige van den zondvloed, genoemd, terwijl Cuvier later duidelijk aantoonde, dat die beenderen tot het ligchaam van een salamander hadden behoord. Intusschen heeft men menschenbeenderen opgedolven uit den kalksteen bij Guadeloupe, maar het is gebleken, dat zij er in het loopende tijdperk in bedolven zijn. Ook elders zijn dergelijke feiten opgemerkt. Men heeft langen tijd geaarzeld te beweren, dat het menschelijk geslacht ouder is dan het hedendaagsche scheppingstijdperk, zoodat algemeen het gevoelen heerschte, dat er geene anthropolieten bestaan. De onderzoekingen, in de laatste jaren in de beenderenholen geschied, hebben echter duidelijk genoeg aangetoond, dat de mensch in midden-Europa verkeerde tegelijk met het rendier en met den mammoet, — en dit is bevestigd door het aantreffen van menschenbeenderen, mammoetoverblijfselen en vuursteenwapenen in eene laag, die de hedendaagsche vorming is voorafgegaan, Zie verdere bijzonderheden onder het woord Mensch.

< >