zwetend - Werkwoord
1. onvoltooid deelwoord vanzweten
zwetend - Bijvoeglijk naamwoord
1. transpirerend
♢ De zwetende man stonk vreselijk, maar hij zei dat eerlijk zweet niet stinkt.
♢ De zwetende malariapatiënt lag tandenklapperend in bed.
Gepubliceerd op 30-10-2017
zwetend
betekenis & definitie