zwakheid

betekenis & definitie

zwakheid - Zelfstandignaamwoord
1. het zwak-zijn
♢ Van zwakheid wordt soms misbruik gemaakt.
2. gebrek, fout
♢ Ieder mens heeft z'n zwakheden.

Woordherkomst
Afgeleid van zwak met het achtervoegsel -heid.

Verwante begrippen
krachteloosheid, meegaandheid, slapheid, zondigheid, zwakte, hartzwakte, lichaamszwakte, ouderdomszwakte, zenuwzwakte, zwakteanalyse