zong voor - Werkwoord
1. enkelvoud verleden tijd van voorzingen
♢Ik zong voor
♢Jij zong voor
♢Hij, zij, het zong voor
Woordherkomst
uit zong (werkwoord) en voor, hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Gepubliceerd op 30-10-2017
zong voor
betekenis & definitie