zinken - Werkwoord
1. ergatief in een vloeistof, meestal water, traag naar beneden zakken
♢ Het schip is nog niet gezonken, maar dat staat wel te gebeuren.
zinken - Bijvoeglijk naamwoord
1. van zink vervaardigd
♢ De Tweede Wereldoorlog zag in Nederland de komst van zinken muntstukken.
zinken - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zink
Woordherkomst
Afgeleid van zink met het achtervoegsel -en
Gepubliceerd op 30-10-2017
zinken
betekenis & definitie