Zaankant - Eigennaam
1. (toponiem) regio rond de oevers van de Zaan
2. de oever van de Zaan
♢ Met eenigsins beter, hoewel slechts voorbijgaand, geluk was een deel hunner krijgsbenden (...) en van daaruit de dorpen aan den Zaankant plunderden.
Woordherkomst
samenstelling van Zaan en kant
Synoniemen
[1] Zaanstreek, Zaantje
Gepubliceerd op 31-10-2017
Zaankant
betekenis & definitie