Gepubliceerd op 31-10-2017

wintervacht

betekenis & definitie

wintervacht - Zelfstandignaamwoord
1. is de behaarde huid van een zoogdier in de winter
De pels waarop dit pelswerk teruggaat is de wintervacht van de hermelijn, een witte vacht met een zwarte staartpunt.

Woordherkomst
samenstelling van winter en vacht