wiebelig - Bijvoeglijk naamwoord
1. zonder een goed gevoel van evenwicht
♢ De peuter stond wiebelig op zijn beentjes.
2. niet stevig en stabiel
♢ De toren van de padvinders was maar een wiebelige' constructie.
Woordherkomst
afleiding van wiebel met het achtervoegsel -ig
Synoniemen
wankel
Gepubliceerd op 31-10-2017
wiebelig
betekenis & definitie