Gepubliceerd op 31-10-2017

wegschiet

betekenis & definitie

wegschiet - Werkwoord
1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegschieten
♢... dat ik wegschiet
2. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegschieten
♢... dat jij wegschiet
3. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegschieten
♢... dat hij wegschiet