Gepubliceerd op 31-10-2017

weerom

betekenis & definitie

weerom - Bijwoord
1. nog een keer, opnieuw
Hij heeft weerom daarover geklaagd.
2. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: terug
weeromkeren: De lente keerde weerom en overal waren er bloemen en fluitende vogels in het frisse groen.

Woordherkomst
samenstelling van weer en om

Synoniemen
[1]: wederom