Gepubliceerd op 31-10-2017

wanordelijkheid

betekenis & definitie

wanordelijkheid - Zelfstandignaamwoord
1. de openbare orde verstorend
Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. De wet kan ter zake van de uitoefening van dit recht buiten gebouwen en besloten plaatsen regels stellen ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer en ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden. (Grondwet Artikel 6)

Woordherkomst
afleiding wanordelijk en met het achtervoegsel -heid