Gepubliceerd op 31-10-2017

voorbode

betekenis & definitie

voorbode - Zelfstandignaamwoord
1. (beroep) (letterlijk) bode die vooruitgestuurd is om de komst van iets of iemand aan te kondigen, voorloper ,aankondiger
De voorbode kondigde de komst van de koning en de koningin aan.
2. (figuurlijk) iets dat het naderen van een feit in de toekomst bekend maakt, voorteken
De herfst kan als de voorbode van de winter gezien worden.

Woordherkomst
samenstelling van voor en bode