Gepubliceerd op 31-10-2017

volkstaal

betekenis & definitie

volkstaal - Zelfstandignaamwoord
1. (taalkunde) de taal van het gewone volk, vaak informeel van aard en soms als minder beschaafd gezien, in tegenstelling tot de standaardtaal
In de Vroegmoderne Tijd werd de literatuur overal in Europa gekenmerkt door de tweetaligheid van Latijn en volkstaal.

Woordherkomst
samenstelling van volk en taal met het invoegsel -s-

Verwante begrippen
dialect, standaardtaal, streektaal