voeder - Zelfstandignaamwoord
1. voer
voeder - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voederen
♢ Ik voeder
2. gebiedende wijs van voederen
♢ voeder!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voederen
♢ voeder je?
Woordherkomst
Naamwoord van handeling van voeden met het achtervoegsel -er
Verwante begrippen
foerage, kost, levensmiddel, voeding, voedingsmiddel, voedsel
Gepubliceerd op 31-10-2017
voeder
betekenis & definitie