vierpotig - Bijvoeglijk naamwoord
1. vier poten hebbend
♢ Zijn bed veranderde in een groot vierpotig dier en hij lag vastgebonden op de rug van dat dier.}
Woordherkomst
samenstellende afleiding van vier en poot met het achtervoegsel -ig
Gepubliceerd op 31-10-2017
vierpotig
betekenis & definitie