via - Voorzetsel
1. langs
♢ Van Rotterdam naar Alphen a/d Rijn via Leiden of via Gouda.
2. door gebruik te maken van, met behulp van, door bemiddeling van
♢ Via zijn vriend werd het contact gelegd.
Woordherkomst
afgeleid van het Latijnse 'via' (weg)
Gepubliceerd op 31-10-2017
via
betekenis & definitie