Gepubliceerd op 31-10-2017

verwond

betekenis & definitie

verwond - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwonden
♢ Ik verwond
2. gebiedende wijs van verwonden
verwond!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwonden
verwond je?

verwond - Deelwoord
1. voltooid deelwoord van verwonden
1. vormt de voltooide tijden
Hij had zijn tegenstander licht verwond.
2. vormt de lijdende vorm
Hij werd in het gevecht licht gewond door zijn tegenstander''.
3. vormt een ergatieve constructie met het hulpwoord raken
Hij raakte licht verwond bij dat gevecht.
4. attributief gebruikt
De in het ongeluk zwaar verwonde man werd in een ambulance afgevoerd.
5. bijwoordelijk gebruikt
Enstig verwond en versuft van de klap wist hij even niet meer waar hij was.