vervaard - Bijvoeglijk naamwoord
1. bevreesd, angstig, bang, kopschuw
vervaard - Werkwoord
1. voltooid deelwoord van vervaren
Woordherkomst
voltooid deelwoord van vervaren
Uitdrukkingen en gezegden
♦ Voor geen kleintje vervaard zijn
veel durven
Antoniemen
onvervaard
Gepubliceerd op 31-10-2017
vervaard
betekenis & definitie