Gepubliceerd op 31-10-2017

verrast

betekenis & definitie

verrast - Werkwoord
1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verrassen
♢ Jij verrast
2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verrassen
♢ Hij verrast
3. verouderde gebiedende wijs meervoud van verrassen
verrast!

verrast - Deelwoord
1. voltooid deelwoord van verrassen
1. vormt de voltooide tijden
De uitbarsting heeft vulkanologen verrast.
2. vormt de lijdende vorm
De politie houdt de groep in de gaten om niet verrast te worden door een gewelddadige actie.
3. attributief gebruikt
De pilote was de verraste reacties gewend.
4. als naamwoordelijk deel van het gezegde gebruikt
De minister is onaangenaam verrast door de cijfers

verrast - Bijvoeglijk naamwoord
1. verbaasd, door iets onverwachts getroffen

Antoniemen
onverrast

Verwante begrippen
bevreemd, verwonderd