verbinden - Werkwoord
1. (ov) twee of meer onderdelen aan elkaar vastmaken
♢ De twee schepen werden met een kabel verbonden.
2. met iets of iemand contact maken via de telefoonlijn
♢ Vroeger moest je met de hand verbonden worden door een telefoniste.
3. (ov) (medisch) behandelen door het aanbrengen van verband
zich verbinden - Werkwoord
1. (refl) zich ~ tot een dwingende verplichting aangaan
♢ Hij weigerde zich ertoe te verbinden.
Woordherkomst
afgeleid van binden met het voorvoegsel ver-
Gepubliceerd op 31-10-2017
verbinden
betekenis & definitie