veiligheidshandschoen - Zelfstandignaamwoord
1. (techniek) nauwsluitend, beweeglijk omhulsel gemaakt om de hand tijdens het werken te beschermen
♢ De arbeiders dienen de veiligheidsbril, de helm, handschoen, veiligheidshandschoen en nog vele andere veiligheidsmiddelen als een deel van het gereedschap te gaan beschouwen.
2. (medisch) soort want waarmee je niet kunt grijpen en die zo voorkomt dat een patiënt schadelijke dingen doet
♢ Zorg dat de patiënt, bij het gebruik van één veiligheidshandschoen niet wordt belemmerd in het gebruiken van het alarm.
Woordherkomst
samenstelling van veiligheid(zelfstandig naamwoord) en handschoen(zelfstandig naamwoord) met het invoegsel -s-
Gepubliceerd op 31-10-2017
veiligheidshandschoen
betekenis & definitie