uw - Bezittelijk voornaamwoord
1. zowel in enkelvoud als meervoud van u
♢ Heeft u gisteren uw auto nog weten te verkopen?
2. zowel in enkelvoud als meervoud van gij
♢ Zijt ge met uw vrouw gekomen?
Gepubliceerd op 31-10-2017
uw
betekenis & definitie