Gepubliceerd op 31-10-2017

universeel

betekenis & definitie

universeel - Bijvoeglijk naamwoord
1. iets dat algemeen of wereldwijd is, alom bekend, vertegenwoordigd of erkend

Woordherkomst
afgeleid van het Franse universel, of het Latijnse versus verl. deelw. van vertere (wenden, keren) met het voorvoegsel uni- met het achtervoegsel -eel