uitzuigen - Werkwoord
(scheidbaar)
1. (ov) het vocht uit een vrucht of een dier zuigen
♢ Een spin maakt eerst het lichaam van haar slachtoffer vloeibaar om het vervolgens uit te zuigen.
2. (ov) (politiek) iemand economisch uitbuiten
♢ Volgens het socialisme worden arbeiders uitgezogen.
Woordherkomst
samenstelling van uit(bijwoord) en zuigen(werkwoord)
Gepubliceerd op 31-10-2017
uitzuigen
betekenis & definitie