Gepubliceerd op 31-10-2017

uitslover

betekenis & definitie

uitslover - Zelfstandignaamwoord
1. (pejoratief) iemand die zich op overdreven wijze inspant en dat ook duidelijk toont aan het boven hem gestelde gezag
Die uitslover haalde allemaal negens en tienen terwijl een zesje toch ook voldoende is.

Woordherkomst
Naamwoord van handeling van uitsloven met het achtervoegsel -er

Synoniemen
aansteller, dienstklopper, poseur, streber, strooplikker, mierenneuker

Antoniemen
luilak