uitschrijven - Werkwoord
1. (ov) uit een register verwijderen
♢ Mensen die naar een andere stad verhuizen moeten in de nieuwe woonplaats in- en in de oude uitgeschreven worden.
2. (ov) een cheque of wedstrijd doen verschijnen
♢ Er werd een wedstrijd in het verbeteren van artikelen uitgeschreven.
3. ergatief het schrijven beëindigen
♢ Hij was nog maar net uitgeschreven toen de bel ging.
Woordherkomst
samenstelling van uit(bijwoord) en schrijven(werkwoord)
Gepubliceerd op 31-10-2017
uitschrijven
betekenis & definitie