uitpakken - Werkwoord
1. (ov) uit een verpakking halen
♢ Op deze foto zie je Kim op haar eerste verjaardag haar eerste cadeautje uitpakken, met een beetje hulp natuurlijk.
2. (ov) uit een omhulsel halen
♢ De magazijnmedewerker pakte een doos met tomatensoep uit.
3. ergatief een bepaalde uitkomst krijgen
♢ Dat is beter uitgepakt dan hij verwacht had.
Woordherkomst
samenstelling van uit(bijwoord) en pakken(werkwoord)
Uitdrukkingen en gezegden
♦ num=
(in België) met iets uitpakken|
Antoniemen
inpakken
Verwante begrippen
verpakken, verpakking
Gepubliceerd op 01-11-2017
uitpakken
betekenis & definitie