tweeëntwintigste - Rangtelwoord
1. nummer tweeëntwintig in een rij.
♢ Hij viert morgen zijn tweeëntwintigste verjaardag.
2. gedeeld door tweeëntwintig.
Woordherkomst
Afgeleid van het hoofdtelwoord tweeëntwintig met het achtervoegsel -ste
Gepubliceerd op 01-11-2017
tweeëntwintigste
betekenis & definitie