tweedelig - Bijvoeglijk naamwoord
1. bestaande uit twee afzonderlijke zaken
♢ Hij droeg een tweedelig pak terwijl zijn vader altijd een driedelig pak droeg.
♢ Het herenhuis had een tweedelige deur.
Woordherkomst
afleiding van twee en deel met het achtervoegsel -ig
Gepubliceerd op 01-11-2017
tweedelig
betekenis & definitie